Nazorg bij implantaten

  • 8 december 2028

Na het plaatsen van implantaten en suprastructuren is periodieke nazorg noodzakelijk. De belangrijkste complicaties zijn ontsteking van het peri-implantaire weefsel, al dan niet in combinatie met botafbraak, en een kapotte of slecht functionerende suprastructuur. Bij elke periodieke controle wordt met diagnostische middelen en klinische parameters bekeken in welk van de drie nazorgprotocollen de patiënt het best ondergebracht kan worden. Iemand die een acute of recidiverende peri-implantitis heeft, dient niet in een nazorg- maar in een behandelprotocol geplaatst te worden. De protocollen bestaan uit een aantal vaste onderdelen, zoals het optimaliseren van de mondhygiëne, het controleren van de gezondheid van de peri-implantaire weefsels, en het nalopen en onderhouden van de prothetische constructie. Als er bij het doorlopen van het protocol problemen worden gesignaleerd, kan er tijdig actie worden ondernomen. Daardoor gaat er van nazorgprotocollen ook een preventieve werking uit.
Peri-implantaire mucositis is te genezen als de patiënt gemotiveerd is om zijn mond dagelijks schoon te houden en de aangebrachte prothetische voorzieningen hiervoor geen belemmering zijn. Peri-implantitis is echter tot op de dag van vandaag moeilijk te behandelen. Het tot staan brengen van de ontsteking is veelal het maximaal haalbare behandelresultaat. Dit komt doordat het zelfs met een chirurgische benadering onzeker is of we het ruwe implantaatoppervlak voldoende kunnen decontamineren. Op grote schaal wordt onderzoek gedaan naar botregeneratie en re-osseointegratie. De resultaten ervan zijn echter wisselend. Patiënten die met succes voor peri-implantitis behandeld zijn, belanden daarom levenslang in het nazorgprotocol voor peri-implantitis.
Nazorgprotocollen voor patiënten met implantaten zijn niet eensluidend. Er is vooral discussie over de behandelfase van de diverse protocollen. Om tot een wetenschappelijk onderbouwde behandelaanpak te komen is nog veel klinisch onderzoek nodig.

Leerdoelen

Na het bestuderen van deze collectie:

  • het belang van periodiek onderhoud van implantaatgedragen constructies aangeven en uitleggen hoe ze onderhouden moeten worden
  • aangeven hoe patiënten met implantaatgedragen constructies zelf hun mondhygiëne op het vereiste niveau kunnen houden
  • het disfunctioneren van een suprastructuur vaststellen
  • aangeven wanneer er sprake is van overbelasting van een implantaat
  • uitleggen hoe peri-implantaire ontstekingen ontstaan en hoe ze verlopen
  • de invloed van de biofilm op het implantaatoppervlak beschrijven
  • de risicofactoren van peri-implantitis en mucositis benoemen
  • de juiste middelen kiezen waarmee peri-implantaire aandoeningen klinisch en röntgenologisch kunnen worden gediagnosticeerd
  • de verschillende nazorgprotocollen onderscheiden
  • beschrijven hoe en met welke instrumenten het implantaatoppervlak professioneel gereinigd kan worden